Patella-fixatie (knie-op-slot)
Wat is het? het kniegewricht wordt gevormd dor het scheenbeen, het bovenbeen en de knieschijf. Aan de onderkant van de knieschijf zitten 3 belangrijke kniebanden.
1. De binnenste knieband
2. Middelste knieband
3. Buitenste knieband
De binnenste en middelste knieband vormen samen met de knieschijf een soort lus, die om de binnenkant van het bovenbeen gebracht kan worden. hiermee kan het paard het kniegewricht vastzetten.
Vanwege het spanzaagmechanisme is nu dus ook het spronggewricht geblokkeerd, bij een knie op slot kan het paard deze lus niet meer van het bovenbeen afkrijgen en blijft het kniegewricht (en dus ook het spronggewricht) op slot zitten. hierdoor kan het paard de achterbenen niet meer bewegen.
Dit kan gebeuren wanneer de kniebanden worden overrekt, bijvoorbeeld door uitglijden op een gladde ondergrond. Of wanneer de kniebanden slap zijn, bijvoorbeeld bij jonge paarden. Erfelijkheid kan ook een rol spelen.
Bij een 0-benige of steile stand van het achterbeen komt patella-fixatie vaker voor.
Behandeling: Meestal hoef je niets te doen omdat de ‘lus’ meestal vanzelf losschiet. Je kunt het paard helpen door een paar passen achteruit te zetten. Lukt dat niet dan kan de dierenarts het handmatig deblokkeren. Soms is een operatie noodzakelijk.
Maak jouw eigen website met JouwWeb